Citadelpark Gent

Buskruitfabriek Cooppal Wetteren

Vliegvelden WO I Regio Gent

WO I Munitiepark Kwatrecht

De Dodendraad

De Hollandstellung - Duitse WO I bunkerlinie

Reichsschüle Flandern - SS-School Kwatrecht

Duitse Atlantic Wall Radarpost - Goldammer

WOI en II Munitiedepot De Ghellinck Zwijnaarde

Duitse gangen onder centrum Gent WOII

Publieke WOII Schuilplaatsen Groot Gent

Het Fort van Eben Emael

KW-linie

WO I - Kwatrecht - Melle

18 daagse veldtocht gekoppeld aan TPG

Neergestorte B17 te Kwatrecht 19-09-1944

De bevrijding WO II van de regio rond TPG

Details van de legers:

Gesneuveldenlijsten:

Contact en onbeantwoorde vragen

Media-aandacht

Copyright

Links


Chronologisch verloop van de 18 daagse veldtocht aan het bruggenhoofd Gent.

Hieronder vindt u een kort overzicht van de 18-daagse veldtocht zoals hij nog verder verliep nadat Bruggenhoofd Gent verlaten was, tot de capitulatie van Belgie op 28 mei 1940.

27 mei 1940.

Algemeen. Het Belgische leger wist op dit moment reeds dat er geen hulp meer te verwachten viel van de Fransen of de Britten. Deze 27e Mei 1940 wordt ondanks de hopeloze situatie voor de Belgische troepen nog een uiterst dodelijke dag. Het blijft verbazen hoe groot de inzet van vele jonge soldaten in een dergelijke strijd blijft. De resterende Belgische troepen blijven de strijd verderzetten tegen een overmacht van een goed georganiseerd Duits leger terwijl de eigen reserves ondertussen totaal uitgeput zijn.

De terreinsituatie blijft praktisch onveranderd. Er vallen vele doden aan beide zijdes van het front.

Opvallend is dat de werking van de artillerie, zeker aan Belgische kant stil begint te vallen wegens gebrek aan munitie. Artillerie-eenheden vernielen in vele gevallen de kanonnen die ze dienen achter te laten wegens het ontbreken van de juiste munitie.

(Foto: Achtergelaten 155 mm geschut nabij Ieper - Boek Mei 1940 - Peter Taghon)

De artilleristen gingen op dat moment over naar de functie van standaard infanteristen verder. Wegens dit gebrek aan munitie worden er lijnen doorbroken te Ursel, Tielt en Roeselare. De vijand vult zeer snel na het stoppen van de weerstand deze bressen en dringt opnieuw verder door in het beperkte gebied dat nog in handen was van het Belgische leger.

Ook valt duidelijk op dat het vaak nog hogere nummers van Regimenten zijn die nog in de strijd blijven zitten. Dit duidt er op dat we steeds meer de reserveregimenten, met vaak veel minder kwalitatief materiaal nog in de strijd dienen te gooien. Deze troepen met oudere reservisten zijn door de band ook al extreem vermoeid door wat zich al afspeelde de dagen voordien. Nochtans blijken ze vaak nog veel zin om weerstand te bieden, te hebben.

Ondertussen is ook de Deutsche Luftwaffe meer vrijgekomen en opnieuw massaal in deze regio aanwezig ter ondersteuning van de oprukkende infanterie.

Buiten gebrek aan munitie is er ook nog een groter gebrek aan levensmiddelen voor de reeds enorm uitgeputte Belgische troepen en niet te vergeten de massa van in het front ingesloten burgerbevolking.

De Belgen stellen deze ochtend hun laatste hoop om de aanval te kunnen afremmen in een nieuwe Britse aanval tussen Leie en Schelde op de achterhoede van de Duitsers. Zo zou de Duitse aanvalskracht kunnen afgeremd worden. De Britten zien op dat moment de inwilliging van deze vraag van het Belgische leger niet meer haalbaar. Voor het Belgische leger is het op dat ogenblik wel duidelijk dat het geen hulp meer moet verwacht worden van zijn geallieerde bondgenoten Frankrijk en Groot Brittannië. Het is letterlijk ieder voor zich.

België geeft aan Groot-Brittannië en Frankrijk te kennen geen reserves mee te hebben om in nood zijnde troepen bijkomende steun te kunnen bieden. De Belgen blijven ondanks het niet meer verkrijgen van extra Britse of Franse steun, met vele verliezen tot gevolg, de verbinding houden met de terugtrekkende Britse troepen. Ze dekken hier met zware gevolgen in feite de terugtocht van de Britten naar Dunkerque.

Britse laatste lijn tussen Komen en Zillebeke, de stad Ieper. Ook het Britse linies konden geen stand houden. Ze dienden ook achteruit te trekken tot op de lijn Waasten Sint Elooi. De Britten stelden ook een extra nieuwe verdediging op langs het kanaal van Ieper tot de Ijzer.

Regio Deinze. In de regio van Deinze wordt de Duitse 56e Infanteriedivisie die al sinds de slag om de Schelde zwaar slag had geleverd in onder andere de regio Kwatrecht tot Oosterzele, afgelost door de 225e Infanteriedivisie. Dit betrof een infanteriedivisie die voorheen nog amper oorlogservaring had opgedaan en net hier in de regio van Vinkt te maken zou krijgen met een van de hevigste weerstandstellingen van Belgische kant.

Regio Deinze, Vinkt en Meigem. De Duitse 225e Infanteriedisvie stuit nabij Vinkt op heel veel weerstand van in hoofdzaak Belgische Ardeense Jagers. Hun doorbraak wordt er volledig gestuit en ze worden zelfs op plaatsen teruggeduwd. Er vallen ontzettend veel gewonden en doden aan Duitse kant.

Allicht speelde ook de tactiek die toegepast werd door de Belgische Ardeense Jagers, wat in de regio Vinkt is gebeurd mee in de hand. Zo pasten ze in feite een soort van guerrillaoorlog. Er waren geen specifieke schuilplaatsen en ze maakten gebruik van de bestaande behuizing en bijhorende tuinen. Er was dus ook geen tijd geweest de burgerbevolking te ontzetten uit de gevechtszone, wat maakte dat deze vaak nog schuilden in de kelders van woningen waar boven dan werd stelling genomen door de Belgische soldaten. Neem daarbij nog eens dat ze vaak vrij diep met kleine groepjes infiltreerden in Duitse posities om daar dan vernieling en dood te zaaien waarna ze terugtrokken om hun originele posities. Dit alles maakte dat toen de Duitsers dan uiteindelijk hun stellingen toch wisten te veroveren, ze enkel in de kelders de achtergebleven en schuilende burgerbevolking terugvonden maar geen of weinig Belgische soldaten. Dit maakte opnieuw zoals in dergelijke oorlogssituaties wel vaak gebeurt, dat ook hier al snel de conclusie werd getrokken dat men werd aangevallen en beschoten door burgers.

Regio Frenzenberg tegen Ieper. Hier proberen de Belgische Lansiers stand te houden met hun gepantserde eenheden. Helaas gaat ondertussen ook Passendale reeds verloren.

Tussen Ieper en Roeselare langs de spoorlijn.

Hier probeerde de 31e Linie, 43e Linie en de 3e Lansiers stand te houden achter een geimproviseerde anti-tankhindernis. Men had hier namelijk 2000 spoorwegwagons aan elkaar gekoppeld om zo vijandelijke tanks tegen te houden.

(Foto: spoorwegversperring van 2000 wagons, hier nabij Frezenberg - Boek Mei 1940 - Peter Taghon)

Links: zie je de opstelling van een voor die tijd toch wel al meer dan achterhaalde Colt-mitrailleur. Deze waren nog in gebruik bij sommige reserve-eenheden. Rechts: Een van de vele reservisten die zijn inzet met de dood bekocht bij de verdediging van deze spoorlijn. (Beide foto's: Boeken Mei 1940 - Peter Taghon)

De infanteristen van deze reserve-eenheden moesten dan deze obstakels bijkomend verdedigen met de wapens die ze ter beschikking hadden. Dit waren enkel geweren en hier en daar voor die tijd al wat aftandse mitrailleurs zoals Colt-mitrailleurs. Van bijhorende artillerie was er wegens gebrek aan munitie zeker geen sprake meer.

Omdat ook de Duitse aanvallers hier enkel beschikten over voetvolk en infanterie, had dit obstakel ook maar weinig nut. Deze stelling kon dan ook niet echt de Duitse infanteristen van het 51e Infanterierigiment niet echt langdurig afremmen. Er sneuvelden aan Belgische kant zeker nog 100 soldaten van deze oudere lichtingen, een trieste balans op een moment dat de strijd hier al lang verloren was.

Roeselare. Er is hevige strijd om de stad Roeselare in handen te krijgen. Deze strijd verloopt over de steden Ingelmunster, Meulebeke, Tielt en Ardooie. Alles verloopt er zeer hectisch met voortdurend wisselende contacten.

Onder andere ten westen van Meulebeke blijft wat nog rest van de 42e Linie langs de baan Kortrijk - Brugge stand houden. Zij worden nog geleid door 1 officier.

De stad Tielt zal ook nog vallen deze dag bij gebrek aan reservetroepen en ook omdat bepaalde zwaardere Duitse eenheden er alles op alles zullen op zetten om die stad in handen te krijgen gezien het een belangrijk knooppunt was van wegen.

(Foto: mitrailleur-eenheden steunen de doorbraak om de stad in handen te krijgen te Tielt. - Boek Mei 1940 - Peter Taghon)

Ten noorden van Emelgem. Hier houdt voorlopig de groep Cyclisten horende bij de 13e Infanteriedivisie nog stand.

Voormiddag

Vinkt. De hoeve Van Der Vennet was bij de weerstand op Vinkt al vrij snel van Duitse kant omgevormd in een tijdelijke veldlazaret dicht tegen het front. Er was echter een eindeloze toestroom van gewonden door het niet weten inpalmen van Vinkt door confrontaties met Ardeense Jagers. Het dodental liep hier snel op tot boven de 100.

Door de eindeloze toestroom van gewonden was de situatie er reeds zodanig dat zelfs minder ernstige gewonden buiten in open lucht werden gelegd. Allicht werkte deze situatie mee op het gemoed van enkele officieren zodanig dat dit hier leidde tot een echt drama buiten proportie.

(Foto Boek Mei 1940 - Peter Taghon)

Ondanks dat er expliciete Duitse orders bestonden van hun overste Majoor Klamroth de burgerbevolking ongemoeid te laten, geeft Luitenant Knüpling van het 377e Infanterieregiment toch de opdracht de inwoners van het gehucht Kruiswege samen te brengen nabij dezelfde hoeve Van Der Vennet (de al bestaande veldlazaret). Onder hen bevonden zich de broers Jules en Omer Van Meenen en hun buurman Emiel De Ketelaere.

Zij werden verdacht op de Duitsers geschoten te hebben en worden ter plaatse geëxecuteerd.

Drie andere opgesloten burgers worden verplicht onder bewaking van Duitse soldaten graven te delven, hun eigen lot niet kennende, 3 slachtoffers te begraven.

(Foto Boek Mei 1940 - Peter Taghon)

11:00

Regio Vinkt en Meigem. Rond 11u wordt ook van Belgische kant de opdracht gegeven de verwarde situatie rond Vinkt vrij te geven. De troepen die hier nog aanwezig zijn zetten alles op alles om een laatste noodstelling vanaf Maldegem Kleit - Knesselare - Maria Aalter - Ruislede - Tielt te proberen behouden.

Vinkt. De in de ochtend reeds gestartte repressailles tegen burgerbevolking namen daarna in het dorp snel uitbreiding. Het zou niet met de moord op deze 3 onschuldige burgers blijven. Onder leiding van Regimentskommandeur Oberst Hodissen werden nog op verschillende plaatsen burgers samengebracht en vonden er nadat Vinkt al militair van Belgische kant volledig was verlaten, moordpartijen op burgers uitgevoerd.

Heel wat burgers maar ook heel wat vluchtelingen, werden onder andere verzameld op de weide d'Oosterlinck. Ook daar wordt een klopjacht gehouden op burgers die eventueel op Duitsers zouden geschoten hebben.

(Foto Boek Mei 1940 - Peter Taghon)

In de boomgaard van een café langs de weg Nevele-Vinkt, worden 11 mannen hun handen op de rug gebonden. Enkele momenten later worden ze allen gefusilleerd op het terras van het café gekend als het Zwart Huizeken.

(Foto Boek Mei 1940 - Peter Taghon)

Aan de tuinmuur van de pastorie in Vinkt werden 14 onschuldige bunkers geëxecuteerd.

(Foto Boek Mei 1940 - Peter Taghon)

12:30

Algemeen. Van Belgische kant worden de geallieerden nogmaals verwittigd dat ze zonder degelijke steun niet meer kunnen voldoen aan de weerstand die ze heden al 4 dagen proberen te bieden. Er wordt gemeld dat men onderhandeld met de Duitse legerleiding over een mogelijke capitulatie.

In de namiddag

Algemeen. In de namiddag meldt het Belgische leger aan de geallieerden nogmaals dat het op het uiterste van zijn kunnen zit en de weerstand zal moeten opgeven. Er wordt het Belgische leger geen mogelijkheid geboden mee te vluchten naar Groot Brittannië. Op een gebied van 1700 km² zit 3.000.000 mensen ingesloten. Er is nog nauwelijks mondvoorraad of drinkbaar water beschikbaar. Militaire spoorverbindingen zijn ook niet meer mogelijk. Wegen zijn totaal dichtgeslipt en gestremd met soldaten en massa's ingesloten vluchtelingen.

Nabij het Schipdonkkanaal. Rond dit moment dienen ook de laatste eenheden die nog kortbij het Schipdonkkanaal zaten (lees dicht in de buurt), hun posities te verlaten. Zo lag wat nog restte van de 9e Jager te Voet nog altijd opgesteld nabij Maldegem dat toen volledig diende verlaten te worden. Men probeerde er nog een laatste verdediging op te trekken maar ook deze was onhoudbaar. De eenheden die voorheen zuidelijk Maldegem zaten waren ondertussen al terugetrokken tot Oelegem en Beernem.

In Knesselare slaagt een opnieuw samengestelde groep van verschillende eenheden zoals 4e Cyclisten, 7e Eskadron van de 1e Jagers te Paard (dit was een eskadron pantserwagens T13) en een gedeelte van de 17e Artillerie nog in een tegenaanval te doen. Ze slagen er in terrein terug te winnen en ongeveer 150 Duitsers gevangen te nemen.

Regio Roeselare. Te Rumbeke weten de 3e Jagers te Voet stand te houden tegen het Duitse 59e Infanterieregiment die er vrij zware verliezen moet incasseren.

(Foto 3e Jagers te Voet in de straten van Rumbeke - Boek Mei 1940 - Peter Taghon)

14:30

De Belgische legerleiding laat de Franse weten dat hun weerstand op zijn uiterste zit. Bijkomend dienen de Belgen vast te stellen dat hun nog resterende troepen geen enkele kans aangeboden krijgen om eventueel mee de overtocht richting Groot Brittannië mee te maken.

16:00

Meigem. In opdracht van hun Hauptmann Lohmann groeperen de Duitse troepen op Meigem de burgerbevolking die niet was gevlucht voor het oorlogsgeweld in de plaatselijke kerk. Meigem kerk lag ongelukkig vrij kort tegen de Leie en in die buurt hadden de Duitsers een noodbrug over de Leie opgetrokken. Deze brug lag nog altijd fel onder vuur bij de Belgische artillerie en een te kort afgevuurde 75 mm obus zal ongelukkig deze kerk treffen. De trieste balans van deze misser zal 27 Belgische burgerdoden zijn.

(Foto Boek Mei 1940 - Peter Taghon)

Blijft er in dit geval de vraag of je hier dan spreekt over een oorlogsmisdaad of een ongelukkige combinatie van omstandigheden. Er was nog altijd een oorlogsregel dat je burgers ten allen tijde zoveel mogelijk diende te beschermen en diende af te voeren of door te sturen naar veilige locaties. In theorie mocht een kerk niet beschoten worden omdat dit altijd als zo een veilige plaats werd beschouwd. Probleem is dus wel in dit geval, en dat was al zo sinds WOI, dat kerken aanzien werden als gebouwen bruikbaar als observatieposten voor de artillerie. De in dit verhaal alleen al vermelde opgeblazen kerktorens zijn zeker niet meer te tellen op de vingers van 1 hand.

17:00

De Franse en Britse legerleiding wordt op de hoogte gesteld van het feit dat een Belgische parlementair werd uitgestuurd om de voorwaarden van een Belgische capitulatie te vernemen werd uitgestuurd naar het Duitse commando.

Voor België rijdt Generaal Derousseaux en zijn chauffeur het Duitse commando van het IX leger tegemoet. Bij het overschrijden van de frontzone te Egemskapel worden ze nog beschoten waarbij zijn chauffeur licht gewond geraakt. Ze komen dan via de commando van het 6e Infanterieregiment in Pittem tot bij de commandopost van de 30e Infanteriedivisie. Deze begeleiden hen door naar Oostrozebeke waar ze worden ontvangen op het hoofdkwartier van het IX Leger.

Het Belgische leger informeert via deze weg bij de Duitse legerleiding naar de voorwaarden voor een overgave van het Belgische leger.

De Duitsers eisen in de situatie dat ze zich bevinden natuurlijk de onvoorwaardelijke overgave van België. Op deze lokatie zal de officiële ondertekening van de kapitulatie worden onderhandeld die de ochtend nadien officieel zou doorgaan en op papier gezet in het kasteel van Anvaing. Er wordt op dit moment al overeen gekomen dat de wapens van Belgische kant zullen zwijgen vanaf 28 mei 1940 om 4u.

(Foto: De Belgische onderhandelaars komen aan te Oostrozebeke voor de voorbereidende gesprekken van de Belgische kapitulatie - Boek Mei 1940 - Peter Taghon)

De Franse legerleiding laat op dit moment, wetende wat op dat moment de Belgische capitulatie onderhandeld wordt, nog met spoed de Franse 60e Divisie verplaatsen tot achter de IJzer. Dit gebeurt met door de Belgen beschikbaar gestelde legervrachtwagens.

20:45

Markegem. Hier weten Duitse troepen met een list door het laten blazen van "staakt het vuren" van de klaroen door krijgsgevangen genomen klaroenblazers zowel bij de 6e Jagers te Voet als de 19e Linie massaal troepen zich te laten overgeven. Dit leidt er letterlijk tot het vallen van de laatste stellingen van weerstand en massale capitulaties.

Een massa krijgsgevangen Belgische soldaten van de 6e Jagers te Voet en de 19e Linie in de straten van Markegem - (Foto: Boek Mei 1940 - Peter Taghon)

22:30

De eerder uitgestuurde Belgische parlementair komt terug van zijn missie naar de Duitse commando en deelt het antworod mee dat eigenlijk al gekend was. Het Duitse leger eist de onvoorwaardelijke capitulatie van het Belgische Leger.

23:00

Om 23u wordt het Duitse voorstel door koning Leopold III aanvaard. Er wordt overeengekomen het staakt het vuren te laten ingaan op 28 mei 1940 om 4 uur 's ochtends.

De Grote eenheden worden vrij snel van deze orders op de hoogte gesteld.

Bedenking bij represailles gebeurd te Vinkt en Meigem. Hetgene plaatsvond in Vinkt en Meigem heeft na de oorlog wel zwaar genoeg doorgewogen om er een apart oorlogsproces aan te wijten wegens oorlogsmisdaden.

Onderstaande officieren werden verantwoordelijk geacht voor wat zich in Vinkt en Meigem afspeelde:

  • Luitenant Paul Knupling, verantwoordelijk voor de eerste executies aan de hoeve Van Der Vennet, kon niet meer veroordeeld worden omdat hijzelf diezelfde dag nog in Deinze sneuvelde.
  • Luitenant Rolf Hartnack werd uiteindelijk niet veroordeeld voor de moord op vader en zoon Vermeulen, allicht waren er te weinig bewijzen om hem hier specifiek voor verantwoordelijk te stellen.
  • Hauptmann Franz Lohmann, verantwoordelijk voor de feiten aan hoeve Van Steenkiste en Karel Thielemans (en ook de opdrachtgever tot het opsluiten van de bevolking van Meigem in de kerk van Meigem) werd veroordeeld tot levenslange dwangarbeid.
  • Majoor Erwin Kühler en Luitenant Wehrmann waren beiden verantwoordelijk voor de feiten op de weide d'Oosterlinck. Enkel Majoor Kühler werd veroordeeld tot 20 jaar dwangarbeid. Luitenant Wehrmann overleefde de verdere oorlog niet.
  • Oberst Hodissen en Luitenant Paul Holz, verantwoordelijk voor de slachtpartijen in het centrum van Vinkt, overleefden eveneens de rest van de oorlog niet.

Voor de feiten die zich in Deinze aan het Congoplein afspeelden op 25 mei 1940, werd nooit iemand veroordeeld.

Situatie op 27 mei 1940, 's avonds. De Noord Franse situatie loopt verder uit de hand omdat de Britse troepen nu er alles aan doen om zo snel mogelijk Dunkerque te bereiken. Zowel de Franse als Belgische mee ingesloten troepen geven hierbij dekking aan de terugtrekkende Britten (met vele slachtoffers tot gevolg). Er ontstaan hierdoor wel zware bijkomende door Duitsers ingenomen stroken zoals ten oosten van St Omer.

De Belgische troepen geven door gebrek aan alles hun Leiestelling prijs. Zowel de Leie als het schipdonkkanaal worden nu door Duitsers onder de voet gelopen. Het fort van Tancrémont houdt nog altijd als enige stand. (Schets: De Achttiendaagse veldtocht - Ministerie van Landsverdediging)

Specifieke extern gebruikte bronnen:

  • Een officieel overzicht van de gebeurtenissen 1939-1940 - Uitgegeven door Ministerie Buitenlandse zaken België te Londen in 1941
  • De Veldtocht van Mei 1940 - Historische dienst van het Leger - kaartenboek - (1945)
  • Mai 1940 - La Bataille de Belgique - M. Fouillien et J. Bouhon
  • Mei 1940 - De 18-daagse veldtocht - Peter Taghon (1989)
  • Mei 1940 - De 18-daagse veldtocht in woord en beeld - Peter Taghon (2010)
Home Terug naar bovenkant pagina Vorige : 26 mei 1940 - De slag om de Leie Volgende : 28 mei 1940 - De Belgische kapitulatie